De grens over en de beroemde Carretera Austral

25 februari 2018 - Futaleufú, Chili

Mijn eerste reisblog sloot ik af met de opmerking dat ik een paar dagen de grens over zou steken. De bus zou pas ‘s middags vertrekken, dus ik kon rustig pakken en ben zelfs nog naar het museum in Puerto Natales geweest. Na de lunch (tosti met pindakaas en banaan, aanrader!) vertrok de bus en zo’n zes uur later kwam ik aan in El Calafate. Volgens mijn reisgids lag het busstation midden in het stadje en vlak bij mijn hostel, maar er was een nieuw busstation geopend en dat lag een half uur lopen van het centrum. Dat viel even tegen! Tijdens de eerste twee dagen heb ik het stadje verkend, plannen gemaakt en een middag langs het meer, Lago Argentina, gefietst. Omdat ik mijn hostel maar voor twee nachten had geboekt en dat hostel flink tegen viel, besloot ik om te verkassen. Het kwam zo uit dat ik de andere nachten bij de buren heb doorgebracht. Dat voelde wel een beetje als vreemdgaan en ik hoop dat de eigenaar van het hostel niet heeft gezien dat ik na mijn vertrek meteen bij de volgende deur weer naar binnen ging.

De laatste twee volle dagen waren actiever met een bezoek aan El Chalten en Perito Moreno. Met een bus ben ik een dag op en neer gegaan naar het bergdorpje en wandelparadijs El Chalten. Hier heb ik twee tochten van drie uur gelopen met prachtige uitzichten op bergtoppen en gletsjers! Ik had er graag langer willen blijven, om nog meer wandelingen te kunnen doen. Op dinsdag had ik een excursie geboekt naar de gletsjer Perito Moreno. Met een bus en een boot werden we naar de voet van de gletsjer gebracht. Een enorm hoge en lange muur van ijs die langzaam afbrokkelt in het meer, maar gelukkig aan het begin in de bergen dagelijks weer aangroeit door sneeuwval. De gletsjer is een enorm spectaculair ding en het is geweldig om een brok ijs te zien afbreken en met een enorm kabaal in het meer te zien storten! ’s Ochtends heeft onze gids veel verteld over gletsjers in het algemeen, die in het National Park en Perito Moreno in het bijzonder. Vervolgens zijn we, gewapend met spikes onder onze schoenen, anderhalf uur de gletsjer opgegaan. Het was heel leuk en bijzonder om door dat wilde ijslandschap rond te lopen. Na de lunch, het was helaas begonnen met regenen, zijn we naar de overkant van het meer gegaan en konden naar verschillende platforms lopen die uitzicht gaven op de gletsjer. Moe, koud, nat en voldaan werden we aan het eind van de middag weer teruggebracht. 

Op Valentijnsdag eindigde mijn korte Argentijnse uitstapje en nam ik de bus terug naar Puerto Natales, waar ik een tweedaagse ferry had geboekt door de fjorden van Patagonië naar Caleta Tortel. Ik ging die zelfde avond nog aan boord, maar de eerste overnachting was wel nog in de haven. ’s Ochtends vroeg, om 5 uur, vertrokken we. Het weer viel die dag erg tegen: veel mist, laaghangende bewolking en regen. Tussen het ontbijt, lunch en diner heb ik wat naar buiten gekeken (lekker op het dek zat er helaas niet in) en heel veel gelezen. De tweede dag was het droog en soms zelfs zonnig, dus heb ik een groot deel van de tijd buiten op het dek doorgebracht en genoten van de mooie fjorden en watervallen. Door wat vertraging kwamen we pas na 1 uur ’s nachts aan in Tortel, wat vervolgens voor flink wat problemen zorgde om mijn slaapplek te vinden. Via Couchsurfing was ik in contact gekomen met Pablo, bij wie ik dat weekend op de bank mocht slapen. Helaas kon ik midden in de nacht, in het donker en zonder mobiel bereik, Pablo’s huis niet vinden. Samen met Gonzalo vond ik gelukkig wel een slaapplek ergens anders. Na een kop thee en het eindeloze geratel van onze gastvrouw Maria, lagen we om drie uur op bed.

Tortel is een dorpje dat bijna aan het begin van de Carretera Austral ligt, een route van 1200 kilometer van noord naar zuid (of in mijn geval van zuid naar noord) in de noordelijke helft van Patagonië. Het dorpje zelf heeft geen wegen, maar enkel een netwerk van steigers die de huisjes en verschillende baaitjes met elkaar verbindt. In het daglicht kon ik Pablo nu gelukkig wel vinden. Samen met Gonzalo heb ik in de ochtend het dorpje verkend en in de middag hadden we met Pablo afgesproken op het jaarlijkse dorpsfestival. De grote hit was een spel dat nog het meest te vergelijken valt met jeux de boules en waarbij door zowel de spelers als de toeschouwers enthousiast werd gegokt over de uitkomst. Aan het eind van de middag was er ook nog een gratis barbecue. Terug bij het huis van Pablo hebben we wat gepraat, gegeten en even geslapen, voordat we naar het feest gingen in de gymzaal, waar het hele dorp danste en dronk tot in de vroege uurtjes.

Na het feest was het nodig om flink uit te slapen en na een brunch en gesprekken over het schoolsysteem, de zorg, waarom Nederland ‘de lage landen’ heet, het belastingstelsel en andere zaken, vertrok ik met een bus naar Cochrane. Hier wilde ik na één nacht meteen doorreizen, maar de enige bus die op maandag vertrok zat al vol en die busmaatschappij had ook voor de rest van de week geen plek meer. Plan B trad in werking: liften. Van backpackers die ik ’s avonds sprak, hoorde ik dat ik niet meteen naar Coyhaique moest doorreizen, maar sowieso moest stoppen in Tranquilo of Cerro Castillo. Met dat plan stond ik vol goede moed de volgende ochtend langs de kant van de weg. Slechts enkele auto’s stopten, maar die gingen allemaal een andere kant op. Na vijf uur genieten van het zonnetje ben ik naar het busstation gelopen, waar de kantoortjes om 3 uur open gingen, en heb ik me verzekerd van een busticket naar Cerro Castillo. De rit er naartoe was zoals de hele Carretera Austral fantastisch mooi met overal om je heen hoge bergen, besneeuwde toppen, watervallen, rivieren en prachtige blauwe meren! Het dorpje Cerro Castillo is enkel een plek vanwaar je kan hiken rond de gelijknamige berg. Dit heb ik dan ook de volgende dag gedaan, hoewel ik daarvoor weer en wind moest trotseren. Aangezien ik al bijna een hele week niets actiefs had gedaan, was het wel erg lekker!

Vanuit Cerro Castillo besloot ik het liften een tweede kans te geven, maar toen een uurtje later een bus vertrok naar Coyhaique, koos ik toch eieren voor mijn pesos. Coyhaique is een grotere stad met een leuk centrum, waar ik twee nachten ben geweest. Behalve een stadswandeling en het maken van nieuwe plannen, heb ik er gewoon lekker genoten van het stralende weer op terrasjes en op het centrale plein. Vandaag heb ik een busrit van 12 uur (inclusief stops) achter de rug en ben ik aangekomen in Futaleufú. Je schijnt hier goed te kunnen raften (dat is dan ook mijn plan) en hoe mijn reis er vervolgens verder uit gaat zien, weet ik nog niet. Dat lees je in mijn volgende update. Tot dan!

P.s. Het is me zojuist gelukt om foto's te uploaden bij beide verhalen!

Foto’s

5 Reacties

  1. Geert en Lianne:
    25 februari 2018
    Vannacht met jou geskyped. Fijn om je gezien en gesproken te hebben.
    We wisten al iets, ook door de appjes, maar jouw verhaal hierboven geeft wel een heel mooi beeld van wat je ziet en meemaakt.
  2. René:
    25 februari 2018
    Wow, wat mooi daar zeg! Hoe is de bevolking daar? Moet je voortdurend om je heen kijken zodat je niet beroofd wordt of is de bevolking juist hartelijk? Liften lijkt me link in dat soort streken maar wellicht ben ik nogal bevooroordeeld..... Of gewoon Gé of Arie Temmes.
  3. Mark:
    25 februari 2018
    In Santiago zorgde ik wel dat alles op slot zat en lette ik wel extra op, maar in de dorpjes en kleine stadjes is alles heel gemoedelijk en zijn de mensen aardig. Liften is hier best gebruikelijk, maar blijkbaar niet altijd even makkelijk...
  4. Annel:
    26 februari 2018
    Wat een belevenissen Mark. Je schrijft gezellig! Leuk, afwisselend, spannend en informatief verhaal! En wat zie je veel van het land. Het meest opvallend vond ik het "blauwe water", echt opvallend blauw of lijkt dit maar zo? Veel reisplezier verder!
  5. David:
    28 februari 2018
    Leuk om je avonturen te lezen, het klinkt als een fantastische reis!